Een eigen mening

We hebben over alles en iedereen een mening. Een eigen mening zelfs. Maar is dat wel zo, want hoe kom je eigenlijk aan je mening ? Laten we nu de twee presidents- kandidaten in de Verenigde Staten - Barack Osama en John McCain – eens als voorbeeld nemen. We hebben een mening over wie de machtigste man van de wereld moet worden. Maar, we kennen die man niet eens. Alle informatie die we krijgen is uit de tweede hand. En gekleurd door de media, die er eigenlijk ook niets van weten. Om de Amerikaanse situatie te beoordelen is al helemaal moeilijk, want daar gelden soms normen en waarden voor de presidentskandidaten die wij ronduit belachelijk vinden. En soms worden de normen ineens weer omgedraaid als dat beter uitkomt. En iedereen schijnt dat dan zomaar klakkeloos te accepteren. Neem bijvoorbeeld Sarah Palin, de running mate van John McCain. Wellicht een briljante zet van McCain om haar te kiezen, maar dan gaat het er hem primair om om zelf gekozen te worden en kennelijk niet om haar deskundigheid. Maar, dat weet ik niet want ik ken haar niet. Ook het feit dat zij bejubeld wordt omdat haar minderjarige dochter zwanger is en “het kind wil houden” vind ik wel apart. Ik heb daar geen eigen mening over, maar de republikeinen vinden het prachtig dat haar dochter zich wil houden aan normen die republikeinen belangrijk vinden. Maar die republikeinen weten toch ook dat het wettelijk verboden is om als minderjarige sex te hebben. Maar dat wordt dan weer even vergeten. En hoe belangrijk de een of de andere norm gevonden wordt, wordt bepaald door de media. Die men braaf volgt om vervolgens te roepen, dat het hun eigen mening is.

Ik heb het idee dat het bij ons in Nederland eigenlijk niet veel anders is. We vinden iets van mensen of van zaken waar we eigenlijk helemaal geen verstand van hebben. We kennen ze niet of we verdiepen ons er niet in. Maar we hebben wel een mening; zelfs een eigen mening. En misschien is het maar goed dat we onze eigen mening aangereikt krijgen door de media. Het scheelt ons in ieder geval weer een hoop werk.

Pierre Lagache, mijn vroegere franse baas, benaderde zijn eigen mening altijd heel kernachtig: “c’est mon opinion et je le partage”. Dat is ook mijn mening en die deel ik ook. Laten we het daar dan maar op houden. 


Peter Tersteeg

* met dank aan Pieter Slooten voor de illustratie


Met dank aan Socrates en Einstein.


Socrates zei eens, dat frustratie en teleurstelling eigenlijk alleen maar voortkomen uit een foutieve waarneming van de werkelijkheid. Wie b
en ik om die stelling te beamen, maar ik denk dat er wel wat in zit. Als je zo eens om je heen kijkt, zie je hordes ontevreden en teleurgestelde mensen. Vaak vinden ze het leven oneerlijk. Alsof er ooit iemand beweerd zou hebben dat het leven eerlijk zou zijn. De hokjes eerlijk en oneerlijk zijn niet van het leven maar van de mens. Maar doen ze het zichzelf niet aan ? Want als je bij voorbeeld wordt afgewezen voor iets, ben je kennelijk niet goed genoeg. Het kan namelijk niet altijd toeval zijn. Je moet je dan gewoon maar eens realiseren, dat je niet goed genoeg bent en dan zou enige zelfkennis zeker geholpen hebben om niet gefrustreerd te zijn. Prachtige voorbeelden van waan- voorstellingen over eigen kunnen zie je in programma’s als Idols en Popstars, waar ik al eerder over schreef.

Naar mijn bescheiden mening is het leven noch eerlijk noch oneerlijk is. Vriendelijkheid van het universum is ook een eigenschap die daar naar mijn gevoel niet bij past. Toch is Einstein’s vraag of het universum vriendelijk voor ons is, een interessante. Want als het universum inderdaad vriendelijk voor ons is, dan kan dat je soms heel goed door frustraties, teleurstelling of verdriet heen helpen. Ik schrijf daarbij nadrukkelijk “soms”, omdat er best wel gebeurtenissen zullen zijn die een eventuele vriendelijkheid van het universum direct logenstraffen, maar dit even terzijde. Want als er iets ergs gebeurt, probeer dan maar eens een paar redenen te bedenken waarom het universum vriendelijk voor je geweest is. Het helpt beslist. Probeer maar, met dank aan Socrates en Einstein.

Peter Tersteeg 


De toekomst is geen voortzetting van het verleden

Maar al te vaak vinden er gebeurtenissen in je leven plaats waarvan pas achteraf blijkt dat die gebeurtenis van bijzondere invloed is geweest op je verdere leven. Een aantal van die zaken zijn min of meer voorspelbaar, ook al kun je de uitwerking daarvan niet bevroeden. Niemand zal in twijfel trekken, dat bijvoorbeeld je partnerkeuze van grote invloed is op het verloop van je verdere leven. Evenals een studiekeuze en de keuze voor een baan. Zeker ook de keuze of je al dan niet kinderen ‘neemt’. Maar er zijn ook een aantal zaken die onvoorspelbaar zijn; zaken die een gigantische impact hebben op ons persoonlijke leven.

Zwarte zwanen zoals Nassim Nicholas Taleb ze noemt in zijn boek “de Zwarte Zwaan”. Een boek dat handelt over de impact van het hoogst onwaarschijnlijke. Zwarte Zwanen zijn dan toevallige gebeurtenissen die ons leven bepalen. In macro-economische zin: de aanslag van 11 september, de opkomst van Internet, de huidige kredietcrisis, de verkoop van ABM-AMRO. In het algemeen zijn zwarte zwanen, hoewel lang niet allemaal slecht, niet populair. Vooral bankiers, econometristen, schrijvers van vijfjarenplannen en planners van overheidsbeleid hebben er een uitgesproken hekel aan. Zwarte zwanen ruïneren iedere planning en veroorzaken een vloed van literatuur die achteraf probeert te verklaren wat van te voren niet te voorspellen viel. Rituele bezweringen van de onvoorspelbaarheid.

In ons persoonlijke leven hebben wij van nature weinig neiging om bewust met zwarte zwanen rekening te houden. Taleb vergelijkt ons met kalkoenen die duizend dagen goed te eten krijgen. De dag voor Thanksgiving zijn we boordevol zelfvertrouwen en stellen vast dat Zwarte Zwanen volledig uit zicht zijn. Onze zekerheid baseren we op het verleden, maar verleden vormt geen enkele garantie tegen zwarte zwanen en leert ons ook niets over ze. De toekomst is dan ook geen voortzetting van het verleden. Maar wie open staat voor Zwarte Zwanen leeft bescheiden, zeker als het over de toekomst gaat. Zo iemand is gelukkig met wat er nu is. Alles kan morgen immers anders zijn, al beseffen kalkoenen dat al helemaal niet. En van waarschijnlijkheden hebben kalkoenen al helemaal nooit gehoord.

Ons verschil met een kalkoen is evenwel dat wij nog kunnen nadenken over de toekomst. Niet dat dat wat helpt, want je kunt je nu eenmaal niet op alles voorbereiden. En dat maakt het leven ook interessant en avontuurlijk. Sommige mensen hebben daar meer moeite mee en zien voortdurend zoveel beren op hun weg dat je er triest van zou worden. En dan is het wellicht beter om een gelukkige kalkoen te zijn, dan een ongelukkig mens. Voorlopig hou ik het er maar op, dat er alleen een toekomst is.

Peter Tersteeg